Zowel Veritas als NetApp hebben recent publicaties online gezet waarin aandacht wordt gevraagd om – vrij vertaald – nutteloze data. De reden waarom de bedrijven daarop wijzen verschilt, maar onder de streep kan de zelfde conclusie staan: dit is een onderschat probleem.
Meer is beter
Jarenlang is er verteld dat meer data altijd beter is. Meer data geeft meer inzicht, met meer inzicht kunnen betere beslissingen worden genomen. Dat verhaal snapt iedereen. Meer data betekent ook meer business omdat er meer hardware en software verkocht kan worden.
Begrippen als datastuwmeren, datagravity en anderen moeten er voor zorgen dat marketeers en adviseurs indruk maken op de beoogde klanten. En met succes want door de hele keten van fabrikanten tot en met eindgebruikers is het idee ontstaan dat we steeds meer data vergaren, verwerken en opslaan. Meer, maar is dat ook altijd beter?
Die laatste vraag is sinds de komst van de AVG natuurlijk al vaker gesteld. Dataminimalisatie is niet alleen een mooi Scrabblewoord, het is ook iets waar iedere ondernemer aandacht aan moet besteden. Of dat voldoende gebeurd is maar de vraag. Het aantal AVG boetes opgelegd in landen buiten Nederland waarbij dit speelt is best hoog.
Minder is beter
Minder data is dus beter om aan de AVG te voldoen. Maar er is nog een reden om eens wat meer op te letten als het om dataopslag gaan. Daar zijn beide publicaties ook handig voor. Het blijkt namelijk dat er veel data is opgeslagen waar nooit iets mee is gedaan of zal worden gedaan. NetApp noemt 41% van alle data. Veritas kiest een andere insteek, dat wijst op de CO2 footprint van nutteloze data.
Beide bedrijven zeggen iets over de direct toewijsbare kosten en heel verrassend hebben ze ook oplossingen paraat. Nutteloze data bestaat en is geen verkoperspraat. Het is een kostenpost en een risico. Daarom is data iets waar kritischer naar gekeken mag en moet worden.